Rente nog hoger, voor langer

16 juni 2023

Catherine Danse
Senior Macro Economist @Belfius


Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius

Deel deze pagina:  

Het grote bal van de centrale banken hield de markten tijdens de voorbije sessies andermaal in spanning. Een resoluut sobere toon zowel voor de Federal Reserve (Fed) als de Europese centrale Bank (ECB). De reden? Nog altijd de inflatie. Ook al daalt de inflatie als gevolg van de evolutie van de energieprijzen, toch blijft de structurele inflatie te hoog en dat zal volgens beide instellingen ook gedurende lange tijd zo blijven.


De Amerikaanse centrale bank liet haar rentevoeten ongewijzigd, maar zette de deur open voor twee verdere verhogingen in de loop van dit jaar. Een bijzonder moeilijke evenwichtsoefening voor voorzitter J. Powell, die voor een zaal vol journalisten uitleg moest geven bij twee beslissingen die a priori tegenstrijdig zijn: die van een pauze die wordt ingelast na een reeks van 10 opeenvolgende verhogingen, en tegelijkertijd de bekendmaking van twee extra verhogingen die tegen december mogelijk noodzakelijk zullen zijn. Deze bijeenkomst ging immers gepaard met de nieuwe publicatie van de fameuze "Dot Plots" van de instelling (zie grafiek) - wat wil zeggen de "weg" die de beleidsrente volgens elk lid met stemrecht van de Fed zal volgen, telkens vertegenwoordigd door een punt ("Dot"). Deze projecties werden een half procent opwaarts herzien, parallel met een herziening, eveneens in opwaartse zin, van de groeivooruitzichten en van de inflatieprognose. Voor de structurele inflatie, het geliefkoosde streefdoel van de Federal Reserve, gaat men nu uit van 3,5 tot 3,9% in 2023, een stuk hoger dan het streefcijfer van de centrale bank.


MMI graph 1 - w24-1


Kortom, een tijdelijke pauze, waarbij de Fed duidelijk stelt dat dit bestand enkel dient om wat afstand te nemen en de situatie beter in te schatten. Een manier om te beschikken over iets meer flexibiliteit in zijn verdere optreden, wat heel waarschijnlijk zal uitmonden in een verhoging vanaf de bijeenkomst van juli. Powell onderstreepte overigens, niet geheel subtiel, dat het zou gaan om een "live meeting" - onder verstaan een vergadering die erg veel kans maakt om te leiden tot een beslissing tot een renteverhoging.


Bij de ECB pakte mevrouw Lagarde uit met de verwachte verhoging met 0,25%, waardoor de Deporente uitkomt op 3,5%, en ze gaf meteen aan dat er geen sprake was van een pauze in te lassen.

Een extra verhoging met 0,5% in juli lijkt een vaststaand feit voor de markt, die vragen heeft over een eventuele verhoging tot 4% in september of in het laatste kwartaal.


Eén ding is zeker: ondanks een gecumuleerde cyclus van 5% aan verhogingen voor de Fed en 4% voor de ECB, is de inflatie nog altijd niet onder controle. Hebben de centrale banken met andere woorden gefaald? Ondanks de ontgoochelende inflatie leiden we uit de meest recente indicatoren van de financiële voorwaarden af dat het monetair beleid wel degelijk doorwerkt in de economie. De hogere rentevoeten hebben een effectieve impact op wat gezinnen en bedrijven doen. Hun kredietvoorwaarden verstrengen en het aantal kredietaanvragen valt terug (zie bovenstaande grafiek), terwijl ze hun deposito’s in cash overhevelen naar minder liquide activa, die met andere woorden minder gemakkelijk kunnen worden omgezet in consumptiebestedingen.


MMI graph 2 - w24-2


Tijdens een recent interview herinnerde de ECB eraan dat aan drie voorwaarden moet zijn voldaan opdat het monetair beleid uitwerking heeft. In een eerste fase zorgen de hogere rentevoeten voor een geleidelijke inkrimping van de kredietactiviteit. Vervolgens leidt de verstrakking van de financiële voorwaarden tot een vertraging van de groei, en dat vertraagt dan weer de evolutie van de lonen en de prijzen.


We zitten nog altijd maar in de eerste fase. Het doorwerken verloopt bijzonder traag en wordt afgeremd door een gespannen arbeidsmarkt. Alle ontwikkelde markten hebben een tekort aan arbeidskrachten, wat de deur openzet voor looneisen. De Europese Commissie verwacht een stijging van de lonen met gemiddeld 5,9% dit jaar, na een stijging met 5,0% vorig jaar. In de Verenigde Staten blijft de stijging van de lonen zorgwekkend, ook al wijzen bepaalde indicatoren erop dat die bijna aan haar plafond zit. De meest recente tewerkstellingscijfers in de Verenigde Staten zijn evenwel boven de verwachtingen uitgekomen, wat opnieuw doet vrezen voor verdere loonstijgingen.


Gelet op de richting die de lonen uitgaan, voorspellen we dat de structurele inflatie nog voor lange tijd hoog zal blijven. Die omgeving laat weinig bewegingsruimte aan de centrale banken, met rentevoeten die gedurende lange tijd hoog zullen blijven.

Deel deze pagina: