Het vertrouwen van de Europese ondernemingsleiders is prima

28 april 2023

Catherine Danse
Senior Macro Economist @Belfius


Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius

Deel deze pagina:  

De laatste vertrouwensindicatoren doen vermoeden dat de Europese economie tijdens deze lentemaanden wellicht stevig in het zadel zal blijven. Ondanks het strakker monetair beleid van de centrale banken en de laatste turbulenties in de banksector, vertoonden zowel de samengestelde Purchasing Managers’ index van de eurozone als de IFO (Institut für Wirtschaftsforschung) in Duitsland in de maand april voor de zesde opeenvolgende maal een opleving. Koren op de molen van de Europese Centrale Bank, die onlangs vastberaden liet weten haar rentetarieven te zullen optrekken om de inflatie in te tomen.


Door de daling van de energieprijzen en het herstel van de productieketens krijgt de activiteit sinds het begin van het jaar onverwachts een duw in de rug. Vooral de diensten liggen aan het herwonnen vertrouwen ten grondslag. De samengestelde PMI-index kwam uit op 54.4, dus duidelijk boven de drempel van 50 (die een toegenomen activiteit aangeeft), en wordt voortgestuwd door de dienstencomponent, terwijl de industrie enigszins verzwakt. De dualiteit tussen diensten en industrie geeft in zekere zin het spiegeleffect weer van de dynamiek die tijdens de diverse lockdowns werd vastgesteld. Tijdens de pandemie werd onze groei gestimuleerd door de industriesector. Doordat de consument in lockdown zat, bestelde hij massaal online allerlei consumptiegoederen. Diezelfde consument, die zich dan uiteindelijk weer vrij mocht bewegen, geeft vandaag voorrang aan diensten. Die nieuwe motor van groei na de pandemie, die welgekomen is voor economie, werkgelegenheid en overheidsfinanciën, stond echter wellicht niet op de agenda van de ECB. Het optrekken van de rente heeft immers nauwelijks effect op de economie.



Ook voor de industriesector hangen de vertrouwensindicatoren ons een vrij optimistisch beeld op, zij het minder spectaculair dan voor de diensten. Na een bijzonder moeilijk jaar 2022 heeft het vertrouwen van de ondernemingsleiders in Duitsland zich hersteld. Voor de zesde opeenvolgende maand vertoont de IFO-indicator een stijging dankzij het afnemen van de energiecrisis en de tekorten. Dat is een meevaller voor de eurozone, want Duitsland is de grootste industriemogendheid van Europa en fungeert als locomotief voor de Europese - en in het bijzonder de Belgische - industriesector.


bron: Refinitiv Datastream

Ondanks het herstelde vertrouwen dat dit jaar geconstateerd werd, moet Duitsland de structurele schaduwzijden van zijn economisch model wegwerken. De invasie in Oekraïne deed fundamentele vragen rijzen over de duurzaamheid van zijn industriële sector: een energieverslindende nijverheid, een sterke afhankelijkheid van Russisch gas en nauwe commerciële banden met China. De reuzen van de Duitse chemische industrie, maar ook van papier, keramiek en andere energievretende sectoren zagen in 2022 hun activiteit krimpen. Stuk voor stuk sectoren die zwaar doorwegen in Duitsland. Dat blijkt uit de DAX, de Duitse beursindex, die over de eerste 9 maanden van 2022 27% moest prijsgeven, wat tweemaal meer is dan de daling van de Amerikaanse S&P 500 over dezelfde periode.


De paniek die vorig jaar ontstond in verband met de leefbaarheid van het Duitse model neemt nu af. Wat de rantsoenering van de gasbevoorrading betreft, konden rampscenario’s worden vermeden. De chemiegiganten sleutelen echter aan hun productiemodel en focussen zich op hypergespecialiseerde staalproducten ten koste van goedkope, energie-intensieve producten met een geringe toegevoegde waarde. Duitsland, net als België trouwens, hinkt evenwel achterop met zijn koolstofvoetafdruk. Beide landen stoten per inwoner ongeveer 50% meer koolstof uit dan Frankrijk en Spanje. De regering Scholz zet alle zeilen bij om haar klimaatambities waar te maken. De projecten voor hernieuwbare energie krijgen voorrang. Tegen 2030 wil Duitsland 80% van zijn elektriciteit uit groene energiebronnen winnen. Een zware maar onontbeerlijke uitdaging indien Duitsland, en bij uitbreiding Europa, hun plaats op het wereldwijde industriële schaakbord willen veiligstellen.


Dat neemt niet weg dat op korte termijn het vertrouwen van de ondernemingen op schema zit, ondanks het bijzonder streng monetair beleid van de centrale banken. Tegen die achtergrond houden wij vast aan ons scenario volgens hetwelk de recessie, zeker tijdens het eerste halfjaar, moet worden vermeden. We verwachten een vertraging en zelfs een lichte krimp later op het jaar, wanneer de monetaire afremming zich sterker zal laten gevoelen in de economie.


Bron: Belfius Research


Dit document, opgesteld en verspreid door Belfius Bank, geeft de visie van Belfius Bank op de financiële markten weer. Het bevat geen gepersonaliseerd beleggingsadvies of -aanbevelingen, noch onafhankelijk onderzoek op beleggingsgebied. Als u gepersonaliseerd beleggingsadvies wil, kan u daarvoor terecht bij uw financieel adviseur. Hij bekijkt graag met u welke gevolgen deze visie mogelijk heeft voor uw persoonlijke beleggingsportefeuille. De vermelde cijfers zijn een momentopname en onderhevig aan wijzigingen.

Deel deze pagina: